
De Rotterdamse tijd
Het boek waar ik nu aan werk, over soldaat Kees Vink, speelt zich niet alleen in Indië af. Het begint in Rotterdam, waar hij werd geboren en getogen. Op dit moment ben ik bezig met een reconstructie van zijn kinder- en jeugdjaren, een periode die, hoewel gewoon, de basis legde voor de latere keuzes die Kees zou maken.
Kees werd geboren in het Liskwartier in Rotterdam. Hij was de jongste van zeven kinderen. Zijn vader was conducteur bij de Tramwegen, zijn moeder huisvrouw. Hun woning was klein, maar het gezinsleven was levendig. Kort na zijn negende verjaardag verhuisde hij naar een nieuwbouwappartement in de buurt Bergpolder, slechts enkele straten bij zijn geboortehuis vandaan.
Hij leidde een vrij normaal leven, zoals veel van zijn leeftijdsgenoten destijds deden. Hij ging naar de lagere school, kreeg de kans om middelbaar onderwijs te volgen en plakte daar nog een avondopleiding van twee jaar aan vast. Iets wat destijds niet vanzelfsprekend was, vooral niet voor een kind uit een arbeidersgezin. Kees dacht aan zijn toekomst en zette zich daar voor in. Met succes behaalde hij het diploma en ging aan het werk.
Naast zijn opleiding was Kees actief op het gebied van sport. Hij voetbalde bij een plaatselijk elftal waar hij de spil van de ploeg was. Zijn coach prees hem om zijn inzetbaarheid: of het nu verdediging, middenveld of aanval betrof – Kees kon het allemaal. Die fysieke fitheid en teamgeest bleken later, tijdens zijn diensttijd in Indië, van grote waarde.
Hij was fijn in de omgang, een sociale jongen met humor, die zich gemakkelijk kon aanpassen. Hij sloot vriendschappen, niet voor even, maar voor het leven. Hij was trouw aan zijn vrienden en bleef met hen in contact tot het allerlaatst. De kracht om vertrouwen te winnen en vast te houden kwam hem in zijn latere leven, ook onder moeilijke omstandigheden, goed van pas.
Zijn leven was goed, tot 14 mei 1940. Rotterdam werd gebombardeerd. De lucht, gevuld met rook en angst; dat wat hij uit zijn kindertijd kende, was voorgoed verdwenen. De Nederlandse regering capituleerde en de Duitsers namen de macht over. Het onbezorgde leven voor deze zestienjarige jongen was voorgoed voorbij.